woensdag 28 mei 2008

Vertrouweling doet boekje open over Bush

In een nieuw boek kraakt voormalig Witte Huis-woordvoerder Scott McClellan harde noten over zijn oud-collega’s.

President Bush verheugde zich erop om op zijn oude dag in een schommelstoel herinneringen op te halen met zijn voormalige woordvoerder Scott McClellan. Maar in een nieuw boek keert McClellan zich tegen zijn vroegere baas. Het is voor het eerst dat een vertrouweling van Bush, die hem van Texas naar Washington volgde, uit de school klapt.

De Irakoorlog werd aan het volk verkocht met een ‘politieke propagandacampagne’ die ten doel had ‘bronnen van de publieke opinie te manipuleren’, schrijft McClellan in What Happened: Inside the Bush White House and Washington’s Culture of Deception, dat maandag uitkomt. ‘Propaganda werd met eerlijkheid verward’ en de regering speelde het zo dat ‘het onvermijdelijk werd dat oorlog de enige uitvoerbare optie zou zijn’.

Bush is ‘vreselijk’ slecht voorgelicht door zijn topadviseurs, stelt McClellan. Hij verwijt de president een gebrek aan leergierigheid. ‘Bush is snugger genoeg om president te zijn’, meent McClellan. Maar hij is niet bereid of in staat na te denken over zijn besluiten. ‘Een president met meer zelfvertrouwen is bereid zijn fouten toe te geven.’

Terwijl hij ooit de invasie verdedigde, is McClellan twee jaar na zijn vertrek omgeturnd. De oorlog was een ‘ernstige strategische blunder’. ‘Er moet alleen oorlog gevoerd worden als dat nodig is, en de Irak-oorlog was niet nodig.’ Toch is niet Irak, maar de orkaan Katrina ‘de grootste ramp van Bush’ presidentschap’. Het Witte Huis verkeerde een week lang in ‘een staat van ontkenning’ en demonstreerde een gebrek aan ‘fantasie en initiatief’. McClellan hekelt de foto van Bush die hoog en droog vanuit de Air Force One, onderweg naar Washington na een vakantie in Texas, de schade inspecteert. Dat schiep volgens hem het beeld dat de president buiten de werkelijkheid leefde.

De Bush-kliek is niet te spreken over het boek van de oud-collega. Ex-adviseur Frances Townsend vindt dat McClellan zijn kritiek had moeten uiten toen hij nog in het Witte Huis werkte. Volgens Bush’ voormalige topadviseur Karl Rove lijkt het boek geschreven door een ‘linkse weblogger’.


Dit artikel verscheen eerder in Dagblad De Pers.

dinsdag 27 mei 2008

Geheim agenten vervolgd voor de verdwijning van 119 dissidenten

De Chileense justitie sleept 98 agenten van de voormalige geheime dienst DINA voor de rechter voor hun rol bij Operatie Colombo, die aan 119 dissidenten het leven kostte.

Voor het eerst sinds het einde van de militaire dictatuur in 1990 hebben de Chileense autoriteiten op grote schaal de bezem door eigen huis gehaald. Bijna honderd politiemensen worden aangeklaagd wegens hun veronderstelde betrokkenheid bij Operatie Colombo, waarbij in 1975 119 linkse dissidenten verdwenen. Een van de verdachten is generaal Manuel Contreras. Dit voormalige hoofd van de DINA zit al een gevangenisstraf uit voor de misdaden gepleegd door het militaire regime van generaal Augusto Pinochet.

Operatie Colombo was een even bloederig als bizar pr-offensief om de verschrikkingen van dat regime te verdonkeremanen. Drieduizend mensen verdwenen tijdens het schrikbewind en dat oogstte veel internationale kritiek. Om zichzelf vrij te pleiten, werd door de junta een ingenieus plan gesmeed.

In juli 1975 doken er lijken op in de straten van de Argentijnse hoofdstad Buenos Aires. De lijken waren onherkenbaar gemaakt. De handen en gezichten waren verbrand, sommige waren onthoofd. Wel hadden ze een paspoort met de identiteit van een verdwenen Chileense linkse activist.

Het feit dat de lichamen in het buitenland werden gevonden, moest bewijzen dat de dissidenten niet waren vermoord door de Chileense autoriteiten.

DINA-agenten lieten nepberichten in de Argentijnse media verschijnen dat er een interne strijd onder de linkse activisten aan de gang was en dat ze elkaar afmaakten.

Er werd voor de gelegenheid zelfs een heus tijdschrift opgericht: Lea. Het blad, dat maar één keer verscheen, lag drie dagen na de vondst van de lijken bij alle kiosken in Buenos Aires.

Lea publiceerde een artikel over de zogenaamde interne strijd van de ‘extremisten’, met een lijst van zestig Chilenen die in eigen land waren verdwenen maar die elkaar zouden hebben vermoord in Argentinië. Een week later verscheen nog zo’n nepartikel van dezelfde strekking in Novo O’Dia, een obscure krant in Brazilië.

De Chileense kranten namen de verhalen klakkeloos over. La Segunda, eigendom van de aristocraat Augustin Edwards die goede banden had met de Amerikaanse president Richard Nixon, bracht het nieuws met een weinig subtiele kop: ‘Miristas uitgeroeid als ratten’ (naar MIR, de Beweging van Revolutionair Links).Van de 119 verdwenen dissidenten zijn er 42 nooit teruggevonden. De 98 aangeklaagde DINA-agenten wordt ontvoering ten laste gelegd.

Aldo Contreras (55), die als mirista drie jaar in de gevangenis zat, heeft gemengde gevoelens over de aanklachten. ‘Ik twijfel aan de goede wil van de regering. Pas toen Frankrijk Pinochet wilde gaan vervolgen, kwam Chili in actie. Engeland had Pinochet gepakt, Chili zou hem vervolgen maar er gebeurde niets. Pinochet is nu zonder straf in de hel.’ De generaal overleed in 2006.

Volgens Contreras heeft de regering niet genoeg macht.

’De grondwet is nog die van Pinochet en die belemmert de vervolging. Het leger is pro-Pinochet en heeft grote economische belangen. De regering is bang dat het leger in opstand zal komen.’


Dit artikel verscheen eerder in Dagblad De Pers.

donderdag 22 mei 2008

Per pin getild door een fantoom

Marieke Rijsbergen stond het avondeten te koken toen ze een half jaar geleden werd gebeld door de ABN Amro met de boodschap dat ze het slachtoffer was van skimming, of pinpasfraude. De betaalautomaat van de Xenos in Utrecht, waar ze een paar dagen eerder had gewinkeld, was gesaboteerd. In Duitsland en Italië hadden de dieven 1500 euro van haar rekening gepind.

Skimming is een groeiend probleem. Maar de precieze omvang van de schade houden de banken geheim. In een strafzaak tegen vier Roemeense skimmers onthulde justitie vorige maand dat de schade in Nederland vorig jaar 15 miljoen was. In het eerste kwartaal van dit jaar was de schade al 4 miljoen. Toch is dat op het totale aantal transacties peanuts: nog geen tiende procent, schat Frank Engelsman van Ultrascan, een bureau dat onderzoek doet naar o.a. pinpasfraude.

Spieken
Hoe werkt skimming? Criminelen plaatsen op de pasgleuf van de pinautomaat een voorzetmond die de magneetstrip, waar de pasgegevens op staan, uitleest. Met een cameraatje spieken ze de pincode. Vervolgens wordt de voorzetmond weer verwijderd, uitgelezen en namaakpasjes gemaakt. Tenslotte gaan de boeven in het buitenland proletarisch pinnen.

Sinds vorig jaar steekt een andere variant de kop op. Criminelen breken in bij winkels en brengen op de betaalautomaten een apparaatje aan dat de magneetstripgegevens en de pincode onderschept. Later wordt het apparaatje opgehaald of op afstand uitgelezen en slaan de dieven toe.

Nepkoeriers
Een nieuwe techniek is de handmachine. Nepkoeriers komen aan de deur met een mobiel pinapparaat. Engelsman voorziet dat de handmachine deze zomer op de stranden gaat opduiken. ‘Ik verwacht dat bendes horecapersoneel gaan werven. Dat gebeurt al in het buitenland.’

Een andere nieuwe truc is de sniffer. Betaalautomaten in winkels zijn vaak aangesloten op een centrale computer waarlangs het pinverkeer loopt. De sniffer is spyware in de computer die alle betaalgegevens onderschept en doorstuurt aan criminelen.

Om skimming te voorkomen, tonen displays op de pinautomaten een afbeelding van de pasgleuf. Wijkt de invoermond af van het plaatje, dan is er mogelijk met de automaat gesjoemeld. ABN Amro heeft zijn invoermonden voorzien van een hologram die de echtheid te garandeert. Banken roepen klanten op om hun pincode af te schermen bij het intikken een kredietlimiet van 500 euro in te stellen. Wat betreft de betaalautomaten moeten fraudegevoelige modellen als de HFT201 eind juni uit de winkels verdwenen zijn. De banken vergoeden aan hun klanten de schade van de pinpasfraude.

EMV-chip
De pinpas zou beter beveiligd kunnen worden met een EMV-chip. Die is moeilijker te kraken dan de magneetstrip. In andere Europese landen zijn de passen al voorzien van de EMV-chip, in Nederland pas in 2010. Bob Goulooze van Currence, de organisatie die het betalingsverkeer regelt, geeft toe dat Nederland daardoor aantrekkelijker is voor pinpasfraudeurs.

Het is een ingecalculeerd risico, legt Gijs Boudewijn van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) uit. ‘Zo’n 10 jaar geleden is door Europay, Mastercard en Visa (EMV) besloten om wereldwijd over te stappen op chipbeveiliging. Toen begon een ingewikkeld traject waarin onderzocht werd wat voor chip dat moest worden, en dan moesten alle automaten en pasjes aangepast worden. Dat is nogal wat. Wij hebben bewust de ontwikkeling afgewacht, omdat er in Nederland bijna geen fraude was en is. Je maakt dan een afweging van hoeveel fraude kost en hoeveel extra beveiliging. Die financiële prikkel was er in Nederland veel minder.’

Een andere vertragende factor is een afspraak die Currence rond de invoering van de euro heeft gemaakt met het Platform Detailhandel. De automaten waren toen net allemaal aangepast aan de euro, en dan zouden ze weer vervangen moeten worden voor de chip. De Detailhandel eiste een gegarandeerde levensduur van betaalautomaten, om niet steeds aanpassingen te moeten doen. De laatste oude automaten moeten in 2013 verdwenen zijn.

Ver weg
Dat is nog ver weg, geeft Goulooze toe. ‘Als de fraude te veel wordt moeten er uiteraard snellere stappen genomen worden.’

Overigens is de EMV-chip ook niet waterdicht. Onderzoekers van de Cambridge University wisten de chip in 2006 al te kraken. ‘Honderd procent veiligheid bestaat niet’, stelt Boudewijn. ‘Je wilt ook een chip die bruikbaar is en voor de klant niet te duur. Maar als je zo’n chip in de markt zet, moet je al bezig zijn met de opvolger.’

Terug naar Marieke. De banken vergoeden de schade, dus ze had haar geld snel terug. Maar ze hield er wel een ‘naar gevoel’ aan over.

Dit artikel verscheen eerder in Dagblad De Pers.

woensdag 7 mei 2008

Jan Modaal herkent zich niet in Obama

Gaat ras een rol spelen als Barack Obama straks tegenover John McCain staat? Obama had tot nu toe moeite de blanke arbeider achter zich te krijgen in de race om het Witte Huis.

‘Ja, ras speelt nog een rol in onze samenleving. Dat kan niemand ontkennen. Wordt ras bepalend in de verkiezingen? Nee, want ik weet zeker dat Amerikanen kijken welke kandidaat hun problemen het beste kan oplossen.’

Aldus Barack Obama onlangs op Fox TV. Al vanaf het begin van zijn campagne presenteert hij zich als een eenheidskandidaat die boven raciale scheidslijnen en maatschappelijke tegenstellingen uitstijgt.

Was een zwarte president van de Verenigde Staten altijd ondenkbaar, nu lijkt het geen utopie meer. Maar het lukte Obama tijdens de voorverkiezingen in Indiana, Ohio en Pennsylvania, niet de overwegend blanke arbeidersbevolking achter zich te krijgen. En 70 procent van de Amerikaanse kiesgerechtigden is blank. Maakt Obama in november kans tegen de Republikein John McCain?

Het Amerikaanse tijdschrift Newsweek peilde onlangs dat 19 procent van de kiezers vindt dat Amerika nog niet toe is aan een zwarte president. Het percentage kiezers dat ras van belang vindt, is relatief klein, maar als het in november een nek-aan-nekrace wordt, kan huidskleur de doorslag geven.

Mogelijk is het aantal kiezers dat niet op Obama stemt omdat hij zwart is, in werkelijkheid veel groter; mensen komen er nou eenmaal liever niet voor uit dat huidskleur een rol speelt in het stemhokje. Dit is het zogenoemde Bradley-effect, naar de zwarte burgemeester van Los Angeles die in 1982 bij de verkiezingen om het gouverneurschap van Californië in de peilingen voorlag en toch verloor.

Maar de vrees van de Democraten voor Obama’s verkiesbaarheid is misschien onterecht. Er zijn namelijk ook veel onderzoeken, cijfers en statistieken die het tegendeel beweren. Zo wijst de peiling van Newsweek ook uit dat slechts 3 procent van de blanken omdat hij zwart is niet op Obama zal stemmen.

Dat Obama de blanke kiezer niet zou aanspreken komt niet zozeer door zijn huidskleur, maar vooral omdat hij als elitair wordt beschouwd. De ‘lunch box crowd’, de Amerikaanse Jan Modaal, herkent zich niet in de kosmopolitische en intellectuele Obama en deelt niet dezelfde normen en waarden. Obama’s verspreking dat veel lager opgeleide Amerikanen verbitterd grijpen naar wapens en religie, helpt natuurlijk niet. En dan is er nog de affaire Jeremiah Wright, Obama’s radicale zwarte dominee, waarmee Obama veel blanke kiezers tegen zich in het harnas heeft gejaagd.

Obama heeft echter in voldoende lelieblanke staten gewonnen: hij begon zijn zegetocht in Iowa. De gezaghebbende opiniepeiler Pew Research Center constateerde bovendien in staten met een kleine zwarte gemeenschap, zoals Wisconsin, een ‘omgekeerd Bradley-effect’: Obama won tegen de verwachtingen in.

De vraag of Amerika klaar is voor een zwarte president, kan met ja beantwoord worden, zegt Amerikakenner Frans Verhagen. ‘Al jaren bekleden zwarten hoge bestuursfuncties.’ Zo was Tom Bradley 20 jaar burgemeester van Los Angeles, er zijn zwarte senatoren (Obama zelf) en de laatste jaren waren er twee zwarte ministers van Buitenlandse Zaken. Verhagen: ‘Blijkbaar geeft de geschiktheid van de kandidaat de doorslag.’

Dit artikel verscheen eerder in Dagblad De Pers.