Na een geflopt album verdween hij in de jaren 70 van de radar. Maar in de halve eeuw die volgde groeide de 76-jarige Braziliaan uit tot een cultheld, en nu duikt hij op twee platen tegelijk op van de hipste bands van dit moment: Hiatus Kaiyote en BadBadNotGood. Wie is Arthur Verocai?
Lees ook:
- Interview: Caetano Veloso is nog niet tevreden
- Interview: Gilberto Gil: verboden te verbieden
- Interview: Marcos Valle: bossa nova avonturier
- Bossa nova: puur natuur
- Antônio Carlos Jobim: elke noot een juweel
De ‘zoon van bossa nova’ noemt Arthur Verocai zichzelf. Hij ziet in 1945 het levenslicht in Rio de Janeiro, de bakermat van de muziekstijl die geboren wordt uit de samba, rond hetzelfde moment als wanneer de jonge Arthur in 1959 gitaar begint te spelen. ,,Ik bewonderde componisten als Tom Jobim, Villa Lobos en Milton Nascimento”, schrijft Verocai. Omdat hij de Engelse taal niet machtig is, voeren we het interview per e-mail.
Zijn doorbraak komt in 1966 als zangeres Leny Andrade Verocai’s compositie Olhando o Mar opneemt. Met zijn muziekcarrière gaat het vanaf dat moment crescendo. ,,In 1969 gaf ik mijn beroep van civiel ingenieur op om professioneel muzikant te worden.” Verocai wordt een veelgevraagd arrangeur voor de albums van grote Braziliaanse artiesten als Jorge Ben, Elis Regina, Gal Costa en Marcos Valle. Hij wordt de music director en gitarist van de show É a maior, en schrijft arrangementen voor de orkesten van de grote muziekfestivals in Porto Alegre en São Paulo. Hij treedt in dienst als music director bij TV Globo, de grootste omroep van het land, en schrijft tunes voor tv-programma’s.
Ingetogen meesterwerk
Als Verocai twee albums van zangeres Célia produceert voor Continental Records, doet het label hem een aanbod om een eigen album op te nemen. Geïnspireerd door zowel Braziliaanse muziek als jazz, soul, en klassiek van met name Milton Nascimento, Blood, Sweat & Tears, Bill Evans, Herbie Hancock en Miles Davis, brengt Arthur Verocai in 1972 zijn eponieme album uit. Het is een wonderschoon, ingetogen en melancholiek meesterwerk met stijlvolle orkestraties. Ingespeeld door een keur aan Braziliaanse topmuzikanten als drummers Robertinho Silva en Pascoal Meirelles, Paulo Moura, multi-instrumentalist Oberdan Magalhães, saxofonist Nivaldo Ornelas en gitarist Toninho Horta. Verocai’s psychedelische orkestraties roepen associaties op met Amerikaanse producers als David Axelrod en Charles Stepney. Het album is de schakel tussen de Tropicália van de jaren 60 en de Braziliaanse funk van de jaren 70.
Maar Verocais artistieke triomf, de kroon op zijn carrière, dooft uit als een nachtkaars. De muziekpers wijdt er geen letter aan. “Het album was zo anders, dat er media het links lieten liggen”, aldus Verocai. Zelfs geen slechte recensie. “Não.”
Je zou denken dat het Braziliaanse publiek vier jaar na de Tropicália-revolutie, de beweging die eind jaren 60 samba en bossa moderniseerden met invloeden uit de (psychedelische) rock, wel gewend waren geraakt aan avontuurlijke muziek. “In Tropicália waren meerstemmige akkoorden niet gebruikelijk en de muziek was eenvoudiger, terwijl de teksten communicatiever waren”, verklaart Verocai.
“Ik wist dat er geen miljoenen exemplaren van het album over de toonbank zouden gaan”, kijkt Verocai terug. Maar hij begint wel na te denken over zijn toekomst. “Niet door het gebrek aan succes, maar ik was bang dat de markt van invloed zou worden op mijn werk als arrangeur. Ik had geen keuzevrijheid in wat ik muzikaal wou doen, daarom besloot ik muziek voor reclames te gaan schrijven.”
Reclamemuziek
In de reclamewereld heeft Verocai wel succes; zijn arrangementen zijn te horen in commercials van Coca-Cola, Fanta, Shell en het Braziliaanse oliebedrijf Petrobras. Hij componeert zelfs de jingle voor het WK voetbal van 1994, en sleept een prijs voor de beste reclamemuziek in de wacht.
“Ik kan elke dag voor de rest van mijn leven naar dit album luisteren” (Madlib)
Fast-forward naar het nieuwe millennium. In Amerika en Europa ontdekt een jonge generatie Verocai’s vergeten album. Samples worden gebruikt op nummers van rappers als Ludacris, Common, MF Doom, Action Bronson en Schoolboy Q. “Ik kan elke dag voor de rest van mijn leven naar dit album luisteren”, prijst hiphop-producer Madlib de plaat. Ook bassist Thundercat noemt het werk een inspiratiebron. Het album wordt een collectors item waarvan originele persingen voor meer dan 2000 dollar van eigenaar wisselen. Eindelijk gerechtigheid. Daar ziet Verocai overigens geen cent van terug, maar dat deert hem niet. “Ik was verbaasd, het voelde echt goed”, aldus Verocai, die er niet mee zit dat zijn werk dankbaar gebruikt wordt voor samples. “Het is goede promotie. Sommigen betalen er voor en geven met een songwriting credit.” Het album is inmiddels door het Britse label Mr. Bongo heruitgegeven en voor een schappelijke prijs verkrijgbaar.
Pas na dertig jaar later brengt Verocai, sinds 1983 eigenaar van zijn Studio V, in eigen beheer het overzichtswerk Saudade Demais (2002) uit, met enkele niet eerder uitgebrachte composities. Far Out Recordings komt hem op het spoor en nodigt de vergeten held uit zijn comebackalbum Encore (2007) op te nemen, met bijdragen van de Braziliaanse fusiongroep Azymuth en zanger/toetsenist Ivan Lins, voor wiens album Agora (1971) Verocai arrangementen schreef. De Timeless concertreeks in Los Angeles, gedocumenteerd op het gelijknamige live-album uit 2009, verhogen Verocai’s profiel verder. Hij verkeert inmiddels in de merkwaardige omstandigheid dat hij buiten Brazilië meer bekendheid geniet dan in eigen land.
"Het klonk zo adembenemend mooi dat we er alle vier emotioneel van werden" (Paul Bender, Hiatus Kaiyote)
Hippe bands
En zo is Arthur Verocai na een halve eeuw weer gewild. Liefst twee hippe bands kloppen in 2021 bij hem aan om van zijn diensten gebruik te maken: hij schrijft strijkersarrangementen voor Mood Valiant, het derde album van de Australische neo soulgroep Hiatus Kaiyote, en voor Talk Memory van de Canadese jazz-funkers BadBadNotGood. “Ze zijn fans van mijn werk en ik van hen, dus ik werd vriendelijk uitgenodigd door deze getalenteerde jongelui”, aldus Verocai. “Het waren prettige samenwerkingen. Ze stelden me op mijn gemak en waren vol eerbied over mijn arrangementen.”
Verocai schreef de blazers- en strijkersarrangementen voor het nummer Get Sun op Mood Valiant van Hiatus Kaiyote. De band gaf hem carte blanche, vertelde bassist Paul Bender eerder dit jaar in een interview met Heaven. “We hadden dus geen flauw idee waarmee hij op de proppen zou komen totdat we in zijn studio in Rio de Janeiro bij de opnamen waren. Het klonk zo adembenemend mooi dat we er alle vier emotioneel van werden.”
De band raakte zo geïnspireerd dat ze de studio voor de rest van de avond afhuurden. In de spontane sessie ontstonden twee nieuwe nummers: Red Room en Stone or Lavender, waaraan later nog een arrangement van Verocai is toegevoegd. Intussen werkt Verocai ook aan een nieuw solo-album, maar daarover laat hij nog niets los.
In de herfst van zijn leven begint de 76-jarige Arthur Verocai aan zijn tweede jeugd. Was hij een halve eeuw geleden zijn tijd te ver vooruit? “Men zegt het”, antwoordt Verocai nuchter. “Als je muziek maakt met authenticiteit en liefde, lost de tijd het kwaad van het onbegrip op. Goede muziek blijft.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten