vrijdag 12 augustus 2016

Antônio Carlos Jobim: elke noot een juweel



Wie naar Brazilië gaat, komt niet om Antônio Carlos Jobim heen. Zo landt je in Rio de Janeiro op het vliegveld dat zijn naam draagt. Reizend door de jadegroene heuvels met daarboven de azuurblauwe lucht met kandijwitte wolkenpartijen, beginnen zijn fluwelen melodieën automatisch in je hoofd te klinken. En als je eenmaal weer thuis in Nederland naar zijn muziek luistert, verschijnen de spectaculaire vergezichten, de weelderige natuur en bontgekleurde vogels op je netvlies.

Lees ook:

Antônio Carlos Brasileiro de Almeida Jobim, in zijn vaderland liefkozend Tom genoemd, werd op 25 januari 1927 geboren in Rio de Janeiro. Als jonge tiener al streefde hij, aangemoedigd door zijn stiefvader, een carrière als muzikant na. Zijn invloeden waren de impressionistische componisten Claude Debussy en Maurice Ravel naast de west coast jazz van Art Pepper en Chet Baker. Medio jaren vijftig ontketende de componist, arrangeur, pianist en zanger samen met gitarist João Gilberto een muzikale revolutie met een nieuwe vorm van samba, die niet temperamentvol en uitbundig was, maar juist ingetogen en intiem: de bossa nova. Zwoel als een zomerbries zette deze lichtvoetige muziek Brazilië mondiaal op de kaart om vooral in de Verenigde Staten weerklank te vinden. Zo nam jazzsaxofonist Stan Getz in 1963 met Jobim en Gilberto de onsterfelijke wereldhit The Girl From Ipanema op. Ook een superster als Frank Sinatra liet Jobim invliegen om een album met hem te maken.

De verfijnde muziek van Jobim mag op menigeen overkomen als muzak, wie zijn oren spitst ontdekt een rijkdom aan kleuren, geuren en smaken. Eenvoudige melodieën op bedwelmende, subtiele ritmes leveren dramatische effecten op. Jobim smolt jazz en klassiek als vanzelfsprekend samen. Het beluisteren van een meesterwerk als Stone Flower uit 1970 is net zo’n genotvolle ervaring als het drinken van een glas gerijpte wijn of het roken van een goede sigaar.

Jobim zou begin volgend jaar negentig kaarsjes hebben uitgeblazen, ware hij niet op 8 december 1994 overleden aan een hartstilstand na een operatie om een kwaadaardige tumor in zijn blaas te verwijderen. Ruim twintig jaar na zijn dood behoren liedjes als Águas De Março, Agua De Beber en Desafinado nog altijd tot het standaardrepertoire van Braziliaanse artiesten en jazzmuzikanten over de hele wereld. Heaven sprak met de Braziliaanse popster en Jobim’s voormalige buurman Marcos Valle (72), de Italiaanse acidjazzproducer Nicola Conte (52) en zangeres Lilian Vieira (49) van het Brazilecrotrio Zuco 103 over de genialiteit en de betekenis van Antônio Carlos Jobim.



Zijn impact

Vieira: “Samen met Carmen Miranda heeft Tom Jobim de Braziliaanse muziek mondiaal bekend gemaakt en daarmee het land op de wereldkaart gezet. Jobim is een nationale held. Niet voor niets kreeg hij een staatsbegrafenis.”

Valle: “De impact van de bossanova eind jaren vijftig was enorm. Het was de juiste muziek op de juiste tijd. Onder president Juscelino Kubitschek kende Brazilië een periode van economische voorspoed. De bossa nova verklankte het optimisme van die jaren. Op muziekgebied had je weliswaar de samba, maar dat waren droevige liedjes. Jobim was romantisch, nooit pessimistisch. Hij schreef wel over verlies, zij het dat er altijd hoop was. En dat weerspiegelde toen precies de verwachtingen van de mensen in het land. Samen met João Gilberto en de dichter Vinícius de Moraes vormde hij een volmaakte drie-eenheid: een geniale componist, vertolker en tekstdichter. Aanvankelijk was de bossanova vooral muziek voor de middenklasse, maar al snel hield heel Brazilië ervan. Uiteindelijk stond de bossanova voor de schoonheid van Brazilië: de zon, het strand, het goede leven.”

Vieria: “Braziliaanse muziek was uitbundig en opeens kwam daar iets heel introverts. Het was alsof de samba honger had en de bossanova zich had overeten. De bossa beschreef de liefde op een delicate manier, terwijl het in de samba van de daken werd geschreeuwd. Dat werd aanvankelijk niet zo gewaardeerd. Men klaagde dat João Gilberto vals zong, dat hij een buikspreker was omdat hij bij het zingen zijn mond amper opendeed. Als reactie schreef Tom Jobim Desafinado, een woord dat ook vals zingen betekent. Als ze zeggen dat ik vals zing, mijn schat, doet dat mij veel pijn, alleen bevooroordeelde mensen hebben de oren die jij hebt. Zo’n nare reactie is typisch Braziliaans. Toen de elektrische gitaar opkwam, werd er ook geprotesteerd. Alles wat nieuw is krijgt tegengas van mensen die bang zijn tradities te verliezen.”

Valle: “In de jaren zestig klaagde Jobim weleens tegen me dat het volk niet van hem hield. Hij dacht dat zijn muziek te complex was voor een groot publiek. ‘Doe niet zo gek, man’, reageerde ik dan. Maar in de jaren zeventig, toen hij begon te praten met de gewone man op straat, kwam ik hem een keer tegen in de supermarkt en liet hij zich ontvallen: ‘Marcos, nu houden de mensen wél van me.’”



Zijn genialiteit

Conte: “Jobim had een gevoel voor melodie dat iedereen aansprak. Zijn nummers bevatten akkoordenschema’s uit de klassieke muziek en jazz, maar hij gebruikte ook elementen van grote Amerikaanse componisten als Cole Porter en George Gershwin, wat hij dan weer vermengde met  de dromerige sambamelodieën van de crooners uit de jaren dertig. Zijn muziek was heel vooruitstrevend, zij het op een intieme manier. Jobim was zowel melodramatisch als romantisch, je kan de kust en de bergen van Rio zien.”

Vieira: “Zijn sfeervolle muziek is heel visueel. De noten die hij speelt, je ziet als het ware voor je wat er gebeurt. Dat heeft hij van zijn favoriete componist Claude Debussy.”

Valle: “Jobim besteedde veel zorg aan het geheel. Het belangrijkste van muziek is een mooie melodie. Maar je moet ook denken aan de harmonie en het ritme. Jobim was heel zorgvuldig in hoe hij een akkoord opbouwde, als een architect. Achter elke melodie zette hij tegentonen. Zelfs als bijna niemand het hoorde, vond hij dat nog belangrijk. Elke noot was een juweel voor hem. Jobim was een edelsmid. “



Zijn lessen

Conte: “Ik heb van Jobim geleerd hoe je bepaalde bewegingen in een nummer kunt brengen met het gebruik van bepaalde akkoorden. En dan toch de melodie simpel houden. Wat bossa nova verder zo modern maakt, is dat de liedjes niet gebaseerd zijn op de popstructuur van couplet-refrein-couplet-refrein-brug-couplet-refrein. Dat was heel vooruitstrevend voor die tijd.”

Vieira: “De verfijning van de harmonieën. Je moet echt bij de les te blijven om het mooi te kunnen zingen.”

Valle: “Jobim gaf me ooit een boek over orkestratie, dat hij op zijn beurt had gekregen van zijn muziekleraar. Die docent had er een opdracht in geschreven: ‘Voor mijn zeer bijzondere leerling’. Jobim gaf het aan mij en zei: ‘Marcos, lees dit boek, maar lees niet te veel, want anders verlies je je intuïtie.’ Jobim’s belangrijkste les is: besteed de nodige aandacht aan elke noot, met geduld en liefde. Denk nooit dat een compositie af is, kijk er later nog eens goed naar. Misschien vind je morgen of volgende week of volgende maand nog een noot waaraan je nog niet had gedacht.”



Zijn invloed

Conte: “Jobim’s invloed op muzikanten is nog steeds enorm. Je kunt gewoon niet om zijn composities heen als je dit soort muziek wil maken. Hij is een monument, hij maakt deel uit van ons cultureel erfgoed. Zijn werk is tijdloos.”

Valle: “Heel wat jongeren die The Girl From Ipanema leren kennen, gaan op internet zoeken naar wat Jobim nog meer heeft gemaakt. Hetzelfde geldt voor Carlos Lyra, Roberto Menescal, João Donato en ook voor mij. Jongeren herkennen de kwaliteit, in hun ogen zijn wij helden. En Jobim is hun grootste held. Nee, hij wordt niet vergeten. Platenmaatschappijen hebben zijn oude albums nog graag in hun catalogus, want ze blijven gestaag verkopen. De bossanova is de basis van de moderne Braziliaanse cultuur. Elke vader laat het aan zijn kind horen, en die geeft het weer door aan zijn eigen kind.”

Vieira: “Vroeger had je Rádio Jornal do Brasil, die uitsluitend jazz en bossanova draaide. Maar wat je tegenwoordig allemaal voor verschrikkelijks hoort op de Braziliaanse mainstream radio. Neem de baile funk. De teksten zijn om te janken. Het is geen poëzie, het is pornografie. Alleen specialistische stations draaien nog Jobim. Toch blijft hij een alom gerespecteerd muzikant. Net zoals Ramses Shaffy in Nederland, die hoor je ook zelden of nooit meer op de radio. Ik heb het idee dat Jobim in het buitenland op meer waardering kan rekenen. Er zijn ieder geval jongeren die zijn muziek herontdekken. Ik geef les op het conservatorium in Amsterdam. Een meisje vertolkte laatst tijdens een recital Eu Te Amo van Tom Jobim en Chico Buarque, om te huilen zo mooi. Wat een perfectie, wat een verfijning. Als Jobim dat vanuit de hemel eens had kunnen horen. Als genoeg jongeren zijn muziek leren waarderen, wordt die vanzelf weer cool en dan ontstaat er een nieuwe bossa nova, een nova bossa nova.”

Valle: “Jobim had op zijn beurt ook aandacht voor de laatste muzikale ontwikkelingen. Zijn kinderen kwamen met de nieuwste platen thuis en daar luisterde hij naar. Hij stond er voor open. En soms kon hij er echt van genieten, zelfs van rock ’n’ roll. In sommige van zijn stukken hoor je ook popelementen terug. Jobim had zijn eigen smaak, maar sloot nooit zijn oren voor wat jonge muzikanten deden. Dat heb ik niet als laatste van hem geleerd: het is belangrijk om te luisteren naar wat er gebeurt. Je vindt er altijd wel iets moois in. Denk vooral niet dat alles al is gedaan.”

Vieira: “De tijd ging met Jobim mee. Hij bepaalde de tijd. Ook de Tropicália-beweging, die eind jaren zestig Braziliaanse muziek vermengde met rock, is schatplichtig aan hem. En hij heeft ook artiesten van ver na zijn tijd beïnvloed. Jobim inspireert.”



Dit artikel verscheen eerder in popmagazine Heaven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten