donderdag 20 november 1997

O.C. en Big L: Ouder en milder?

Nederland lijkt de laatste tijd wel te worden bestormd door DITC-leden. Een tijdje terug nog werden we door Lord Fines­se met een bezoekje ver­eerd, en onlangs kwamen ook OC en Big L naar de hoofd­stad. Maar het is niet voor niets, want als we de twee rap­pers mogen geloven, wordt 1998 het jaar van DITC.

De combinatie OC en Big L is een leuk contrast. OC is de intro­verte, coole, oudere rapper. Big L is daarentegen amicaal en extravert met veel jeugdig enthousiasme. Volgens OC is Big L ook een beetje het kind binnen DITC (voluit Diggin' In Tha Cra­tes, de Newyorkse formatie bestaande uit klinkende namen als Diamond D, Showbiz & AG, Lord Finesse, Fat Joe, Buckwild, OC en Big L), maar dat komt vooral door zijn leeftijd. Zittend aan een tafel in het Melkweg Café doet OC zich te goed aan whisky, terwijl Big L, om zijn stem te sparen, thee met honing drinkt.
1998 wordt jaar van DITC, verzekeren Big L en OC me. Zoals bekend staat het DITC album voor de deur. Diamond D heeft zo­juist zijn nieuwste project gedropt. Lord Finesse werkt aan de opvolger van `The Awakening' (zie interview elders in dit blad­). Fat Joe is bezig met een nieuw album. Big L bre­ngt zijn tweede werk uit op zijn eigen label, Flam­boyant Records. Show­biz & AG steken ook de kop­pen weer bij­elkaar. Zelfs OC ­is al bezig met een derde plaa­t. "Love, Hell or Right" gaat het he­ten, en de opnames moeten in januari gaan be­ginnen. Opmerke­lijk, want OC's tweede plaat verscheen nog vrij recentelijk.
"Jewelz", zoals zijn tweede album heet, is volgens OC meer toegankelijk dan zijn debuut "Word...Life" uit 1994.
"De tek­sten zijn wat meer getemperd. `Word...Life' was een persoonlijk album, dit album is meer business, het heeft een groter be­reik. Ik wil dat de vrouwen begrijpen hoe OC is, ik wil dat gasten het be­grijpen. Voor mensen die niet underground geo­riënteerd zijn, dat zij begrijpen wat ik bedoel. Het is iets voor ieder­een, makkelijk luisterbaar. Niet tè makkelijk luis­terbaar, maar gewoon makke­lijk luisterbaar. Niet zoals `Word..­.Life', waar de rhymes mensen verwarden, zodat ze moesten te­rugspoelen en op­nieuw moesten luisteren."
Ook de enigszins teleurstellende verkoopcijfers van OC's debuut speelden een rol in de nieuwe benadering.
"De verkopen waren verneukt omdat het label niets voor me deed. Maar ik heb er voor gekozen niet nog een single uit te brengen. Dat was tijdverspilling."
OC schaamt zich er niet voor dat hij "Jewelz" ook wel voor het geld heeft gemaakt.
"Wat is er mis met geld verdienen? Het respect heb ik. Ik ben zeven jaar underground, dus het zou stom zijn als ik geen geld verdiende. Ik probeer niet gewoon pop te gaan ofzo."
Respect van de underground zal OC niet verliezen, daar is hij van overtuigd. "Daar ben ik een te goede emcee voor," zegt hij zelfverzekerd, als het niet de voor rappers typerende braggado­cio is. Het is inderdaad onwaarschijnlijk dat "Jewelz" OC's reputatie zal beschadigen. De produktie is namelijk in handen van o.a. DJ Premier, Buckwild en de Beatminerz; namen waar men vrijwel blinde­lings op kan vertrouwen.
Leeftijd was nog een meespelende factor. OC zegt ouder, mil­der en naden­kender, en daarmee ook beter qua skil­ls te zijn gewor­den. Big L kan zich daarin vin­den. Zijn tweede album is ook rustiger dan het eer­ste.
"Zoals ik het nu zie ben ik niet boos, terwijl ik op het eerste album boos was. Ik was mijn demo aan het shoppen, en niemand wou me tekenen. Iedereen zei: `we vinden het goed maar we vin­den het niet goed.' Als ze je niet tekenen, ben je boos. Nu ben ik niet boos, ik heb gewoon iets te bewijzen. Ik moet me­zelf bewijzen. Ik moet het laten zien, ik kan het niet zeggen en het vervolgens niet doen."
OC en Big L mogen dan wel volwassener zijn geworden, voorlopig zijn ze nog niet op jaren. Big L: "We zijn allemaal jong begon­nen, we draaien al lang mee, en we zijn nog steeds jong. We weten niet waar we over een paar jaar zijn, want we hebben onze top nog niet bereikt, we zijn nog steeds groeiende. En daar ben ik blij om, want: the later the dinner, the greater the win­ner."

zaterdag 18 oktober 1997

Organized Konfusion: Buitenbeentjes van de hiphop

Organized Konfusion is zonder twijfel één van de meest onderge­waardeerde groe­pen in hiphop. Dit komt door hun stijl, die sterk afwijkt van de gemiddelde hiphop. Het is rap voor de gevorderde, diehard hiphop fan. Onlangs bracht Organized Konfu­sion hun derde elpee uit, waarmee ze hun status nogmaals be­ves­tigen.

Pharaohe Monch, één helft van het Newyorkse duo Organized Kon­fusion, zal wel een aantal stressy dagen achter de rug hebben. Hij moest alleen in Paradiso optreden, zonder Organized Kon­fusions andere helft, Prince Poetry. Prince kon namelijk de Verenigde Staten niet uit. Hij had bij een bezoek aan de staat Virginia zijn paspoort verloren. Dat was op zich geen probleem. Met zijn vliegticket en andersoortige identificatie kon hij wel een nieuw paspoort krijgen. Dat bleek echter tegen te vallen. Toen Prince een dag voor de reis naar Europa zijn paspoort wilde opha­len, bleek hij niet over voldoende identificatie (zijn rijbe­wijs is afgepakt) te be­schikken. Geen paspoort voor Prince dus.
Het optreden in Nederland was naar aanleiding van het recente­lijk verschijnen van Organized Konfusions derde album, The Equi­nox. Net als zijn voorgangers, getuigt The Equinox van genialiteit. Organized Konfusion probeert altijd van de norm af te wijken, en hiphop een stapje verder te bren­gen. De ongewone titel komt uit de astronomie. Het houdt de over­gang in van de winter naar de lente, en van de zomer naar de herf­st. Maar wat heeft dat met Organized Kon­fusion te ma­ken?
Pharaohe Monch: "We probeerden een manier te vinden om het album aan elkaar te plakken, zodat het makkelijker voor de men­sen is om door de ups en downs en de diversiteit van de muziek te komen. Dus bedach­ten we een verhaal. Als er iets treurigs in het ver­haal gebeur­de, dan zou daarna een langzamer, treuriger nummer komen. Zo zou het makkelijker te verteren zijn. We be­dachten het verhaal The Equinox, wat met de lichte en de donke­re kant, de goede en de slechte kant van dingen te maken heeft. Volgens de definitie komt een equinox tweemaal per jaar voor, als de zon de equator kruist. Dat hebben we op de hoofd­personen ge­projec­teerd. Één van de hoofdpersonen is op een punt in zijn leven waar hij moet besluiten het goede of het slechte pad op te gaan. Dat punt hebben we The Equinox genoemd."
Pharaohe Monch omschrijft The Equinox als een headnodding al­bum. Het is meer gericht op beats. Op de vorige albums van Organized Konfusion lag de nadruk meer op het samplegebruik. Maar er zijn meer ver­schillen tussen The Equinox en hun voor­gaande werken.
"Ik denk dat we als artiesten volwassener zijn geworden. Bij­voorbeeld het invoegen van het verhaal, zodat je het album in één ruk kan luis­teren. Ik ben een fan van de groep, ook al zit ik in de groep. Daardoor kan ik afstand van mijn werk nemen en er kri­tiek op leveren. Één van de dingen die ik bekri­tiseer is dat ik het weliswaar goed vind dat de groep divers is, maar dat ik kan begrijpen dat mensen het moeilijk vinden om naar fast pace hardcore te luisteren, en vervolgens naar een rustig en treurig nummer over de dood te gaan."
Volgens Pharaohe is dit ook de reden waarom Organized Konfusion een beetje een buitenbeentje in hiphop is.
"In een major pop, echelon opzicht zou je kunnen zeggen dat de groep een outcast is, vanwege de approach to the game. Er zijn zekere regels waaraan je je moet houden om aan de top te komen. En wat de muziek betreft gaan we vaak tegen de draad in. Met waar we over praten, met hoe we het benaderen, met de for­mule waarmee we de nummers maken."
Pharaohe heeft echter niet het idee dat hij door hiphop fans minder gerespecteerd wordt.
"Dat is wat ons voedt. Met de fans praten, de fans ontmoeten, en met de mensen praten die onze muziek kopen. Dat zij mijn muziek kopen, daar gaat het om. Hiphop heeft mij een kans gege­ven naar Amsterdam te reizen. Alleen dat op zich is al een zegen, want als kind vroeg ik me al af wat er aan de andere kant van de wereld was, hoe andere mensen aten. Ik weet hoe ik eet, ik heb gezien waar ik woon, ik wil andere plaatsen zien, ik wil over de wereld reizen.
"Heel vaak brengt iemand een nummer uit, het wordt een hit, en hij krijgt geld en auto's en seks en weet ik veel, maar hij is nog steeds niet gelukkig. En het zou voor hem kunnen ophouden. Wat verwerf je daar nou mee? Wat ik nu verwerf met Organized Konfusion is voor mij een leven vol informatie waard. Ervarin­gen die niemand van me kan afnemen. Het is geen auto, het is geen geld, het zijn gewoon ervaringen die ik koester."
Door overmatig gebruik, of liever gezegd misbruik, heeft kee­ping it real inmiddels aan betekenis en geloofwaardigheid afge­daan. Er zijn im­mers talloze rappers die onder dit motto in de uit­ver­koop gingen. Pharaohe Monch neemt zijn vak echter heel se­rieus.
"Mijn filosofie is als je een microfoon pakt, je woorden ver­eeu­wigd worden op een CD. Zolang de planeet bestaat, zal er ergens een CD zijn met mijn vocalen erop. Ik probeer in mijn ziel te kijken en dat weer te geven. Als ik in de studio ben en ik leg de microfoon neer, en de engineer zegt: `dit is het, dit houden we', dan denk ik bij mezelf: `is dat het beste wat je te bieden hebt?'. Als dat zo is, ben ik content."
Pharaohe voelt wel alsof hij in hiphop een missie volbrengt, maar daarbij blijft het niet alleen.
"Ik denk dat het nog verder gaat dan alleen hiphop. Het is niet een missie voor hiphop. Het is een missie voor mij om mensen te vertellen wat God mij vertelt de mensen te vertellen, met als doel de ogen te openen van de mensen die bereid zijn te luiste­ren."
Zolang Pharaohe Monch en Prince Poetry leven, zal Organized Konfusion hiphop de weg blijven wijzen. Als het op true to the game zijn aankomt, zijn ze roomser dan de paus. De kans is klein dat ze ooit tot de mainstream doorbreken, maar ze zullen wel altijd op de achtergrond aanwezig zijn. Of, zoals Frank Lopez het in de in hiphop verafgode film Scarface uitdrukt: "The guys who last in this busi­ness are the guys who fly strai­ght. Low­key, quiet."

zondag 28 september 1997

Lord Finesse: Praise the Lord

Met Lord Finesse voor Fat Beats in Amsterdam, september 1997. (Foto: Ruben Le Noble)

De meeste rappers raken in de vergetelheid als ze in ruim acht jaar slechts drie albums afleveren. Lord Finesse weet echter de aandacht vast te houden, en bewijst dat underground zijn niet hetzelfde is als onder de zoden liggen. Onlangs zegende de rap lord onze hoofdstad met een bezoek.

Lord Finesse heeft het druk gehad de laatste tijd. Hij heeft de DITC verzamelaar net afgerond, evenals OC's nieuwe album. Mo­menteel werkt hij aan zijn eigen album, genaamd Operation Un­derworld, dat rond februari/maart volgend jaar moet uitko­men. Voorts heeft hij samengewerkt met de Zweedse rapper Steven Simmons, op wiens plaat bijdragen van DITC-leden Big L en Mar­quee te horen zullen zijn. Daarnaast heeft hij voor verschil­lende mensen remixes gedaan, onder andere voor het Newyorkse duo Capone-N-Noriega. En nu dus een paar optredens in Duitsland en Neder­land.
Lord Finesse is niet iemand die meeloopt met modegrillen in hiphop, en dat is waarschijnlijk ook de reden waarom zijn popu­lariteit door de jaren heen op een constant peil is gebleven. Het materialisme dat hiphop anno nu beheerst is niet aan Fines­se besteed.
"Het is een stelletje copycatters. Ik vind niet dat het origi­naliteit heeft. Ik vind dat de flavor aan hiphop ontbreekt. Vroeger had je De La Soul, Public Enemy, Rakim, Kane, G Rap, Native Tongues, Q-Tip, Latifah... Er waren zoveel verschillende stijlen. Nu is het net alsof je een ijssalon binnenwandelt waar ze maar een paar smaken hebben. Onze verantwoordelijkheid als hiphop artiesten is om origineel te zijn, hiphop meer flavor te geven, en van de norm af te wijken."
Finesse blijft wel optimistisch. Hij is ervan overtuigd dat het allemaal overgaat, en dat binnen afzienbare tijd de echte hip­hop weer zal domineren.
"Hiphop roteert, gaat in cirkels. Op dit moment leven we in een wereld van commerciële R&B met 1980 beats en rhymes eroverheen. Tegen de tijd dat ik met mijn nieuwe plaat uitkom zijn we weer terug in de hiphop, want ik vind het DITC album hiphop, het OC album is hiphop, Organized Konfusion is hiphop, Diamond is hiphop, alle acts van DITC zijn hiphop. Begin '98 zijn we weer terug in de hiphop."
Volgens Finesse zal de underground op het creatieve vlak toon­aangevend blijven, als reactie op de commer­ciële muziek dat het gezicht van hiphop de laatste jaren be­paalt. Het gaat voorname­lijk om de under­ground artiesten die echt underground willen blijven. Volgens Fines­se zijn er name­lijk genoeg underground artiesten die lie­ver een groot publiek willen trekken, en zo een hoop geld ver­dienen. Met geld willen verdienen heeft Fines­se op zich niet zo'n moei­te.
"Ik wil ook geld verdienen, maar tegelijkertijd wil ik niet pop zijn. Ik laat underground artiesten zien dat je geld kan ver­dienen, zonder pop of commercieel te zijn. Zonder gouden of platina platen. Mensen zien de juwelen en diamanten die ik draag, en denken dat ik in de uitverkoop ga. Maar dat wil ik niet, ik wil alleen comfortabel leven. Ik bedoel, als je under­ground album twaalf miljoen exemplaren ver­koopt, moet je dan het geld weggeven omdat je underground wil blijven ofzo? Nee, je wilt comfor­tabel leven!
"Het gaat erom dat je je hustle, je handel hebt. Een goede hustle kan zijn dat je mixtapes verkoopt, eten verkoopt, kauw­gom verkoopt. Zolang je er geld mee verdient is het een hust­le. Daar gaat het om. Waar het niet om gaat, is je ziel aan de hustle verkopen."
Finesse kan er daarom niet echt wakker van liggen dat hardcore rappers een groter publiek proberen aan te spreken, zoals bij­voorbeeld Nas.
"Ik denk dat dat de richting is waarvoor Nas heeft gekozen. Ik zal zijn hustle niet de grond in boren, want hij is nu wel dubbel-platina. Maar ik, als ik nooit goud of platina zal gaan, dan kan ik daarmee leven. Sommige rappers kunnen daar niet mee leven. Sommigen veranderen hun stijl, anderen veranderen hun hele muziek, anderen gaan over commercieel spul rappen. Als ik nooit goud of platina ga, kan ik daarmee leven, zolang ik maar goed te eten heb en geld verdien.
"Ik denk niet dat er iets mis is met nieuwe dingen proberen. Ik heb verschillende dingen op mijn album. Ik heb een Chinese beat, die is phat en ik rap erop. Ik ben bereid nieuwe dingen te doen, maar dat betekent nog niet dat ik mijn publiek in de steek laat, of dat ik ophoud met de fly shit te zeggen die ik altijd zeg.
"It's in a soul manner. Het is op een manier dat als je hoort, dat het goed voelt, dat het goed klinkt. Niet van: `oh, hij wil platina halen, moet je hem over die commerciële troep horen janken'".
Finesse's laatste album, The Awakening, is inderdaad een stuk toegankelijker voor een breder publiek, maar blijft toch duide­lijk binnen de randvoorwaarden van hiphop. Finesse lijkt zich even aangevallen te voelen als ik hem hiernaar vraag, maar erkent het wel.
"Ik hou van muziek, allerlei soorten muziek. Als ik niet met hiphop bezig ben, dan luister ik naar Brian McKnight, Will Downing, Roy Ayers, ik luister naar muziek. Soms gaat de muziek in dezelfde richting als waar ik heen ga, omdat ik van die muzieksoort hou. Ik vind dat als je hiphop maakt, dat je moet doen wat je van binnen voelt. Je kan niet doen wat iedereen al doet. Je kan niet zeggen van: `hardcore is in, ik moet hardcore maken'. Ik moet doen wat ik leuk vind om te doen. Als ik een album maak, en het is iets wat ik wou doen, en het verkoopt maar tien exemplaren, dan is het tenminste iets wat ik wou doen. Het is erger als je iemand volgt, in de hoop dat je goud of platina gaat, en dan niet goud of platina gaat, en je iets hebt gedaan wat je niet wou doen. Dan heb je er geen excuus voor. You're selling yourself out, omdat je iets dacht te kun­nen doen om geld te verdienen. Wat ik doe doe ik omdat ik het leuk vind om te doen. Als dat goed betaalt, dan betaalt het goed, als dat niet zo is, dan niet, that's me."
The Awakening verkocht aanzienlijk beter dan zijn voorganger Return of the Funky Man, maar kan niet aan Finesse's debuut Funky Technician tippen. Finesse's nieuwe project zal wel rau­wer klinken dan The Awakening.
"Je hebt de hereniging tussen mij en Premier, Easy Mo Bee doet enkele nummers, je hebt DITC. Ik denk niet dat het zo kleurrijk als The Awakening gaat klinken, met alle smooth stuff erop. Je hebt nog wel drie of vier nummers die anders klinken, maar de rest is straight Finesse type stuff."
Een overbelicht aspect van hiphop is ongetwijfeld het east-west­coast conflict en de dood van 2Pac en Biggie Smalls. Toch is het interessant de mening van een hiphop icon als Lord Fi­nesse hierover te horen.
"Ik kende ze allebei, dus ik zie het niet als een oost-west ding. Ik zie het als een ruzie tussen twee individuen. En ik kende ze allebei, ging met beiden om, dus toen ze onenigheid kregen, was dat best schokkend voor mij. Maar ik ging toen niet zeggen van: `fuck westcoast'. Ik ken en respecteer een hoop mensen van de westcoast. Zij representen wat zij willen repre­senten, en ik represent wat ik wil representen. Dat maakt geen verschil voor onze vriendschap."
Finesse gelooft dan ook niet dat 2Pac en Biggie Smalls de
vlee­swordingen van het east-westcoast conflict zijn geworden.
"Ik denk dat het gewoon opgeblazen is. Volgens mij gaat het die­per dan wat je ziet, niet zoals de media het afschilderen. Voor mij waren het gewoon twee ondernemers lockin' down the industry. Je had Suge, je had Puff. Je had twee ondernemers die een geweldig voorbeeld gaven aan mensen die ondernemer willen worden. Suge ging van niets naar een imperium van 125 miljoen. Je had Puff, die begon als interne A&R manager, en gewoon zijn eigen weg ging en voor zichzelf is begonnen. Twee extreem onge­looflijke voorbeelden van hoe Black people geld kunnen verdie­nen. Zij kregen onenigheid, en de media blaast het op. Volgens mij zit het zo in elkaar, en was het geen east-westcoast ding. Het is iets wat de media, en misschien wel de regering, uit de hand wou zien lopen, zodat ze niet meer als voorbeeld voor toekomstige ondernemers konden dienen."
Lord Finesse is een man waarop de hiphop heads kunnen vertrou­wen. Waar veel rappers zich gedwongen zien aan de trends in hiphop mee te doen, blijft Finesse zijn eigen weg gaan. Hij slaagt erin zijn muziek een toegankelijk tintje te geven, maar het toch als pure hiphop te laten klinken. Lord Fi­nesse is true and livin'.